Pagina's

zondag 22 juli 2012

22 juli 2012. Col d'Aspin.


Vandaag een primeur. Ik ga voor het eerst van mijn leven het hooggebergte in met de fiets. Ik heb mijn zinnen gezet op de grote vier van de Pyreneeën: de Aspin, Tourmalet, Aubisque en Peyresourde. Maar eens beginnen met de simpelste, de Aspin. Nou ja, simpel. Nog altijd een colletje van de eerste categorie. Maar het gemiddelde stijgingspercentage is beperkt genoeg om hem als eerste te kiezen. Eens testen of ik dat aankan.

De trip begint in Bagneres-de-Bigorres, een plaatsje zo'n 16 km ten zuiden van onze verblijfplaats in Bordes.  Auto geparkeerd in het centrum, en trappen maar.

Ik had bedacht dat ik tot aan het begin van de col dan een beetje warm zou kunnen fietsen. Maar dat valt tegen. Het gaat gelijk omhoog. Lichtjes weliswaar, met een procent of 2-3-4, maar genoeg om nou niet bepaald fris en fruitig in Ste Marie de Campan aan te komen, waar de Aspin begint. Maar goed, ik ben zelf zo onhandig geweest, dus trappen maar. Mijn Garmin stuurt me overigens vlak voor SteMarie een weggetje op, dat weliswaar evenwijdig aan de D935 loopt, maar smal is, af en toe retestijle stukjes bevat en nou niet bepaald lekker asfalt heeft liggen. Ik zie dat ik op een gegeven moment wel weer op de route ga uitkomen, dus ik ga door. Ik vraag me dan af, wanneer die beklimming begint. Totdat ik een bordje zie waarop keurig is aangegeven op welke hoogte ik zit, hoeveel kilometer het nog is naar de top en wat het gemiddelde stijgingspercentage van de volgende kilometer is. Blijkt om de kilometer zo'n bord te staan. Handig. En ik blijk dus al aan de klim begonnen te zijn. De eerste vier/vijf kilometer gaan met zo'n 4-7%. Dat is te doen. Daarna wacht me een soort plateau waar het met zo'n 3-4% gaat. Even bijkomen. Totdat ik een camper rechts van me de hoogte in zie gaan. Moet ik daar ook heen? Dat is knap van den stijlen... Yep, die kant moet ik ook op. En vanaf dat moment is het pittig. Komt bijna niet meer onder de 8% tot aan de top. Ik hoor iemand in mijn wiel zitten. Geen zin en al helemaal geen puf voor een praatje, dus ik laat 'm zitten. Als ik zo te langzaam ga, haalt hij me wel in. Maar net na het begin van het steile stuk hoor ik al niks meer achter me. Ik zal toch nu al niet iemand gelost hebben. Bij de eerste haarspeld kijk ik naar beneden en ja hoor, hij rijdt inmiddels een meter of 300 achter me. Verder niet meer gezien. Dan denk je dat je dus best lekker omhoog gaat. Maar net voor de top komt er een renner voorbij, waarbij ik lijk stil te staan. Au, dat doet zeer.

Op een kilometer voor de top kan ik de auto's boven zien staan. Dat geeft extra energie. Ik trap iets harder en voor ik het weet ben ik boven. Vanuit Bagneres-de-Bigorres heb ik er anderhalf uur over gedaan.Geen idee of dat snel of langzaam is. Boeit niet, ik ben er. Tijd voor een pauze, een fotomoment en een telefoontje naar Bordes, waar mijn drie dames nieuwsgierig wachten op nieuws. "Heb je het gehaald?" Jazeker! Ik zit prinsheerlijk in het gras, tussen de koeien bij te komen en te genieten van het overweldigende uitzicht.








Een kwartiertje later trekken we de armwarmers aan, regenjackje (het is droog, maar werkt prima als windbreker tegen de kou in de afdaling) en hopla naar beneden langs dezelfde kant. Dat gaat een stuk sneller. Binnen een kwartier ben ik weer beneden. Het eerste stuk met die haarspeldbochten doe ik het met maximaal 40-45km/h, daarna wordt het overzichtelijker en kom ik in de buurt van de 60. Dat is lekker trappen. En tegen vieren ben ik weer bij de auto. Fantastische rit en een geweldig gevoel dat ik dit gepresteerd heb. Uitdaging 1 is gelukt. Op naar de volgende. Ik weet nog niet welke, misschien wel meteen de Tourmalet, kan mij het schelen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten